Onze-Lieve-Vrouwekathedraal
Deze kathedraal was oorspronkelijk een kerk, pas toen Antwerpen een bisdom werd, werd de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal een kathedraal. De kathedraal is in verschillende fases gebouwd. In 1352 werd er met de bouw begonnen, zo rond 1521 was het voltooid. De hoogste toren is 123 meter hoog, deze werd vroeger als wachttoren gebruikt. Deze toren is altijd eigendom van de stad Antwerpen geweest, en nooit van de kathedraal. De parochie heeft de bouw van de meest zuidelijke toren gesponsord.
Helaas kwam er niet zo heel veel geld binnen, waardoor de toren lager bleef dan was gepland. Keizer Karel was van plan om de kathedraal nog verder te vergroten. Echter is dat er nooit van gekomen, een brand verwoestte een groot deel van de kathedraal. Door de benodigde herstelwerkzaamheden is het extra gedeelte nooit gebouw.
Door de beeldenstorm in 1566 is er niets van het interieur bewaard gebleven. De beelden, de oorspronkelijke glasramen en de vele altaren werden vernietigd. In de tijd van Napoleon was het plan er om de kathedraal volledig af te breken. Gelukkig kreeg de stadsbouwmeester het voor elkaar deze plannen steeds weer uit te stellen, waardoor het uiteindelijk niet is gebeurd.
De kathedraal is vooral beroemd vanwege de kunstwerken die er heden ten dage te bezichtigen zijn, waaronder
"de kruisoprichting" en
"de kruisafneming" van de bekende schilder Peter Paul Rubens. Ook de rest van het interieur is zeer bijzonder, de preekstoel komt uit 1713, en heeft een prachtig houtsnijwerk.
|